Mijn vorige post – over het crowdsourcen van design – maakte veel reacties los. Vooral op Twitter is er
het nodige over uitgewisseld, al had ik meer verwacht van de reactie van 99Designs zelf. Omdat ik een aantal stellingen uit mijn vorige beschouwing wat wil nuanceren ga ik hier nog even wat dieper op de materie in.
Open innovatie en de power of many hebben ons fantastische dingen geschonken. Het internet is een walhalla
voor creatieve lone rangers wiens talent nooit was ondekt zonder Kickstarter,
Etsy, Tenpages en Sellaband. En vergeet vooral *kuch* ons Koningslied niet.
Voor allerlei activiteiten lijken de traditioneel aangewezen personen ineens
niet meer de aangewezen personen te zijn. Is het activeren van een
gedecentraliseerde crowd dan de norm?
In het begin van de vorige eeuw bezocht de Britse onderzoeker Galton een veemarkt in Plymouth. Naast het keuren, inkopen
en verkopen van vee was er ook allerlei vertier. Zo konden bezoekers na het
raden van het juiste gewicht van een geslachte os een prijs winnen. 787
personen betaalden ieder een stuiver om mee te doen en allemaal schreven ze hun
gok op een briefje. Galton had weinig geloof in de intelligentie van de
gemiddelde man, dus deed hij een experiment. Toen de prijsvraag voorbij was
vroeg hij of hij alle 787 briefjes mocht hebben en analyseerde de data. Hij was
geschokt over wat hij ontdekte: de gemiddelde gok telde 543 kg; het juiste
gewicht was 544 kg. Het oordeel van de ‘domme’ menigte was nagenoeg perfect.
Collectieve denkkracht
Crowdsourcing stelt je in staat om het
intellectueel potentieel van een grote groep individuen aan te boren om betere
beslissingen te nemen. Het mechanisme wordt ingezet met als doel baat te hebben
bij de suggesties, ideeën of het werk van de (internet)gemeenschap. Als je het
maar netjes vraagt - of er een beloning tegenover stelt - krijg je een
karrevracht aan denkkracht in je schoot geworpen.
Maar grote groepen veeboeren hebben het niet
altijd bij het juiste eind. Het is natuurlijk belachelijk om te denken dat een
oplossing óf altijd werkt, óf nooit. Penicilline geneest geen kanker maar dat
maakt het nog geen slecht geneesmiddel. De meeste oplossingen zijn niet bedoeld
voor een universele toepassing en als we een idee oprekken tot ver voorbij zijn
effectieve reikwijdte dan begint het stevig te rammelen.
Boerenwijsheid
Rondom het verschijnen van James Surowiecki’s
boek ‘The wisdom of crowds’ (2004) ontstonden de ideeën over crowdsourcing en
theorieën over een gezamenlijk bewustzijn. Het gegeven werd mainstream na
succesvolle initiatieven van groepsdenken zoals Wikipedia en Linux. Maar wat is
er jaren later over van de harde arbeid van the crowd? Als we 15 jaar geleden hadden geweten dat een dergelijk,
revolutionair, probleemoplossend concept ons ‘slechts’ een nieuw type
encyclopedie en een besturingssysteem zou opleveren, zouden we dan nog net zo
onder de indruk zijn? Hoe spannend het Wikipedia-model ook is, we hadden al een
encyclopediemodel dat prima werkte. En we hadden al Unix.
Met allerlei web 2.0-experimenten hebben we
een boel bereikt, maar ook de wijsheid van de menigte is niet het antwoord op al onze problemen. Wikipedia-content is niet
altijd onjuist, maar het is ook niet altijd juist. Vraag een groep mensen
hoeveel ballen er in een pot zitten, hoeveel een os weegt of wat de beurswaarde
van een aandeel is aan het einde van de dag, de crowd zal vaak winnen van het
meest accurate individu.
Kwaliteit
Als er één juist antwoord is zal de crowd
absoluut overwinnen. Een aardige vuistregel is, ook al gaat hij niet in 100%
van de gevallen op, “if you can count it, you can crowd it”. Maar gaat het om kwalitatieve issues dan
wordt crowdsourcing niet geacht te werken. Vergelijk de muziekhitlijsten
(gevormd door de mening van consumenten) met de lijsten van recensenten
(gevormd door de mening van experts). De ene is niet accurater dan de andere,
maar als jij op zoek bent naar de beste nieuwe muziek, dan koop jij niet per se
wat op nr. 1 staat. Dan vraag je het aan de expert, of je laat je verrassen door
een willekeurige Spotify-playlist van een kameraad die ongeveer dezelfde
muziekvoorkeur heeft als jij. Dat ‘ongeveer' wordt dan ineens de factor die het interessant maakt.
Aan ‘absoluut’ heb je dan niets.
Stop... Hammertime
De crowd kan het gewicht van een os bepalen,
maar niet de mooiste os. In een uiterst geval kan de crowd je helpen met het
uitzoeken van de mooiste os, maar ja, hoe ziet die er precies uit?
Crowdsourcing is een krachtig gereedschap maar het is geen hele
gereedschapskist. En zoals het oude gezegde luidt: voor een man met een hamer
ziet alles er uit als een spijker.
Galton leerde van zijn veronderstelling dat de
menigte altijd dom is. Maar we mogen crowdsourcing ook niet al te letterlijk
als een vorm van intelligentie beschouwen. Als we dat wel doen creëren we
mislukkingen en schaadt het de reputatie van een prima theorie die nooit
bedoeld was om universeel in te zetten. Voor iedere klus bestaat een geschikte
tool. Gebruik je een schroevendraaier als hamer dan mol je zowel het
gereedschap als de spijker.
Fotocredits: Flickr
Fotocredits: Flickr
Reacties