Doorgaan naar hoofdcontent

Vloek der Kennis


Je kent dat wel. Die situaties waarbij je op een feestje aan vrienden, kennissen of familie gaat uitleggen waar je je overdag nou eigenlijk mee bezig houdt. Er wordt gevraagd waar je goed in bent en waar je bedrijf of merk nou eigenlijk voor staat. Men luistert echt wel geïnteresseerd, maar tegelijkertijd zie je ook grote vraagtekens in de ogen van je toehoorders verschijnen. Ze vragen nog even door - jij zwetst nog even door. De vraagtekens worden alsmaar groter. Wat je insteek ook is, je krijgt de kern van je boodschap niet over de bühne. En dat terwijl de elevator pitch voor die prospect van laatst nog zo goed ging. Daar kon je doordringen tot de essentie van wat je nou eigenlijk te bieden hebt.

Vanmorgen waren we opgetrommeld voor een briefing bij een klant. De overkant van de tafel - het klantteam - werd bezet door een trio dat de communicatie verzorgt bij het klantbedrijf, ook al is communicatie niet de core-business van dit team (IT en sales wel).
Wij - het bureauteam - waren met twee. Het gesprek, waar anderhalf uur voor was uitgetrokken, werd zoals gebruikelijk in het Engels gevoerd. In het klantteam zit namelijk ook een fransman. Van het stoïcijnse, emotieloze soort, die bovendien de Engelse taal verre van machtig is.

Op een gegeven moment loopt het gesprek vast op een trivialiteit, aangezwengeld door deze man. Een ogenschijnlijk simpel vraagstuk met hoge inkopindex werd hardnekkig gedwarsboomd door iemand die nou eenmaal zijn zinnen op iets anders heeft gezet, en tenmidden van zijn collega's per se voet bij stuk wilde houden.
Nou sta ik redelijk bekend als een gozer die iemand redelijk weet te overtuigen, maar het was weer alsof ik tegen een oom, mijn petekind van 10, of de buurman stond te praten. Ik had een arsenaal aan argumenten paraat om een gedegen advies te kunnen geven, maar hij begreep me gewoon niet. Ik zette 'm nog eens in de hoogste versnelling en smeet er nog wat deftig jargon, anderhalf modelletje, drie methodieken en tien creatieve uitspattingen tegen aan... en raakte hem helemaal kwijt. Met krabben en bijten zijn we er uiteindelijk wel uit gekomen maar wàt een gestuntel.

Op de terugweg in de auto viel het kwartje pas. Los van de taalbarrière had ik tijdens het gesprek last van de 'Vloek der Kennis'. Dan en Chip Heath beschreven het al in hun boek 'Made to Stick' (vertaald: de Plakfactor). Mijn argumentatiegeweer was tot de nok doorgeladen met munitie, maar hoe scherp ik ook schoot, ik miste keer op keer mijn doel.

Nu wil het geval dat de beste man het edele communicatievak hooguit als belangrijke bijzaak ziet. Het is niet zijn vakgebied en ook niet zijn achtergrond. In de volle overtuiging van mijn kennis en kunde bleef mijn betoog gewoon niet bij hem plakken. Het was te moeilijk, te abstract. Het had gewoon niet de plakfactor. Voor de plakfactor moet je je 'aanpassen' aan je publiek. Je moet snappen hoe concreet je moet zijn om begrepen te worden. En dat vergt een bepaalde vaardigheid waar niet iedereen mee gezegend is. Ik ben vandaag geconfronteerd met een van mijn vele tekortkomingen, maar ik troost me met de gedachte dat ik - nu ik weet wat er mis ging - dit kan ombuigen.

Ik ga het boek voor de tweede keer lezen. En nou maar hopen dat de materie bij mij blijft plakken.

Reacties

Liane Kusters zei…
Voor vrienden, kennissen en familie zou ik het voor het gemak maar houden op 'ik verkoop gebakken lucht'. Op de vraag van diezelfde groep mensen 'are you any good?', adviseer ik: 'no, i'm god!'. Wat die Fransoos betreft... laat maar, die man WIL het niet begrijpen. Hij is van het slag vingers in de oren en NANANANANANANANANANA, CAN'T HEAR YOU!

Populaire posts van deze blog

Nep of echt. Kun je ’t nog volgen?

Populariteit op Twitter is volgens bepaalde opvattingen gebaseerd op hoeveel volgers je hebt. Hoe meer volgers hoe beter, want des te groter je bereik. Juist vanwege deze veronderstelling doen mensen extreme dingen om hoge aantallen volgers te krijgen. Het kopen van twittervolgers, bijvoorbeeld. Maar wie zijn dan die ‘mensen’ die je bereikt? En gaat het eigenlijk nog wel om wie de grootste heeft? Fake In een recent artikel van Digital MusicNews staat dat zo’n 73% van Lady Gaga’s twittervolgers fake of inactief zijn. Ook CDA-leider Sybrand van Haersma Buma viel onlangs door de mand met 82% nepvolgers . En van Marco Borsato’s volgers zou 73% nep zijn. Bij celebs is dit geen ongebruikelijke fenomeen. Hoge volgersaantallen zijn indrukwekkend, maar als we geloofwaardigheid op Twitter baseren op volgers, wie telt dan mee? En wat is een account nog waard als blijkt dat het volgersaantal voor het grootste gedeelte bestaat uit gekochte volgers? StatusPeople Nepaccounts zijn

99designs - kun je wel tellen?

De zelfverklaarde ‘grootste marktplaats voor grafisch ontwerp ter wereld’ 99Designs opende onlangs een Nederlandse site . Persoonlijk ken ik niet veel ondernemers die zich aan deze vorm van crowdsourcing wagen om zich een huisstijl aan te laten meten. Gelukkig maar, want de rekensom klopt gewoon niet. Kijken we naar de getallen dan slaat het crowdsourcen van designs nergens op. Kom ik zo op terug. Het idee van diensten zoals 99Designs is dat je geen ontwerper inhuurt maar een ontwerpwedstrijd uitschrijft. Vervolgens ontvang je tientallen of honderden designs, je pikt de beste eruit en je betaalt de ‘winnende’ ontwerper. Zo’n 99Designs faciliteert deze wedstrijdjes via web-based platforms. Een verleidelijk concept in vele opzichten, waaronder de misvatting dat meer keuze ook meer waarde betekent en dat het vaag doet denken aan het soort sociale revolutie waar de populaire tech- en mediablogs over hypen. Reken even mee In de designcommunity wordt gesproken over hoe sle

Tien vreemde opmerkingen van klanten

"Mijn vrouw vindt het niet zo mooi." Ik begrijp dat je bevestiging zoekt maar als je de mening van je vrouw, je buurvrouw of de groenteboer echt belangrijk vindt, betrek ze dan in het hele ontwikkelingsproces. Laten we met deze nieuwe stakeholders volgende week een nieuwe afspraak plannen om de briefing, de strategie en alle uitdagingen nog eens onder de loep te nemen. Dan ben ik erg benieuwd naar hun mening en bijdrage. "We vonden jullie portfolio helemaal top. Kunnen jullie voor ons niet iets bedenken wat meer lijkt op wat je hebt bedacht voor Klant X?" Het is grappig dat je dat vraagt want we proberen juist het tegenovergestelde. We kijken naar de individuele behoeften van elke klant om vervolgens met een unieke oplossing op de proppen te komen. Het is zelfs nog grappiger dat je Klant X er nou net uitpikt omdat ze aanvankelijk erg twijfelden over de door ons voorgestelde aanpak. Uiteindelijk heeft het geweldig voor hen uitgepakt. Laten we ons dus niet druk ma